NB niet te verwarren met oortijzer dat in inventarissen ook wel als 'oorijzer' voorkomt.
In Maassluis 1673,2; 1686,1 en 1706,2 komen we de benaming hulijzer tegen. (Een hul is een vrouwenmuts.)
In de winkelvoorraad van de Leeuwarder kramer en mutsenmaker Giels Folckertsz. (1636): negentien wronckies 1-8-0 / 25 wrongties tesamen 1-12-0 / 2 ½ dosijn wrongties ijder dosijn 24 st. is 3-0-0 (Gemeentearchief Leeuwarden Z 20, f. 19ff.)
In de boedel van de Leeuwarder chirurgijn en winkelier Ewert Haarsma (1694) treffen we onder de winkelvoorraad aan: twee dosijn tinnen oorijsers 5-8-0 (Gemeentearchief Leeuwarden Z 33, f. 55ff.)